Ik wil rennen
Ik wil me verbergen
Ik wil de muren
die mij binnenhouden neerhalen
Ik wil een greep doen
En de vlam aanraken
Daar waar straten geen naam hebben
Ik wil het zonlicht op m'n gezicht voelen
Ik zie de stofwolk
spoorloos verdwijnen
Ik wil schuilen voor de giftige regen
Daar waar de straten geen naam hebben
Waar de straten geen naam hebben
Waar de straten geen naam hebben
En branden het dan af.
Wij branden dan de liefde af.
En wanneer ik erheen ga
Dan ga ik met jou
Ik kan niet anders.
De stad staat onder water
En onze liefde verstart
We zijn verslagen en verwaaid door de wind
In het stof vertrapt.
Ik zal jou een plaats laten zien,
hoog op een woestijnvlakte,
Waar de straten geen naam hebben.
Waar de straten geen naam hebben
Waar de straten geen naam hebben
Bouwen wij nog steeds liefde op
En branden het dan af.
Wij branden dan de liefde af.
En wanneer ik erheen ga
Dan ga ik met jou
Ik kan niet anders.
Onze liefde verstart
We zijn verslagen en verwaaid door de wind
Verwaaid door de wind
O, en ik zie de liefde
Ik zie onze liefde verstarren.
We zijn verslagen en verwaaid door de wind
Verwaaid door de wind
En wanneer ik erheen ga
Dan ga ik met jou
Ik kan niet anders.