Men zag hem wel 's iedere dag
Langs het strand lopen,
Een oude man met zijn herinneringen,
Geen vrienden of familie
Men zegt dat hij soldaat was geweest
En een oorlogsheld,
Een eenzelvige man die op zichzelf leefde.
En op de dag dat hij stierf,
Lagen zijn medailles naast hem
En een brief in zijn hand waarin stond:
"Ik ben altijd soldaat geweest,
Ik heb mijn Koning en Koningin gediend,
Ik word nu ouder,
Ik kan slechts dromen.
Wanneer ik die laatste reis onderneem
Dan wend ik mijn gezicht naar de zee,
Gedenk mij alstublieft
In deze veranderende wereld."
De krant wijdde een verhaal aan
Deze dappere en bescheiden man.
"Er is hier niemand die om hem rouwt,
Kan iemand een handje helpen?"
En op de dag dat men hem wegbracht
Naar de plek waar hij kwam te liggen,
Toen stonden duizenden op straat
Om vaarwel te zeggen.
En nog velen zouden gaan
In de dagen en maanden daarna,
Om deze woorden in steen te lezen:
"Ik ben altijd soldaat geweest,
Ik heb mijn Koning en Koningin gediend,
Ik word nu ouder,
Ik kan slechts dromen.
Wanneer ik die laatste reis onderneem
Dan wend ik mijn gezicht naar de zee,
Gedenk mij alstublieft
In deze veranderende wereld."
Gedenk mij alstublieft
In deze veranderende wereld."