Men zegt wel 's dat Liefde een Rivier is
Waarin het jonge riet verdrinkt
Men zegt wel 's dat Liefde een snede is
Die het hart doet verbloeden
Men zegt wel 's dat Liefde een hunkering is
Een niet aflatende pijnlijke behoefte
Ik zeg dat Liefde een Bloem is
En dat jij haar enige zaad bent.
Het is het hart, bevreesd dat het zal breken,
Nooit leert dansen
Het is de droom die bang om te ontwaken
Nooit de kans waarneemt
Het is degene die zich niet overgeeft
En niet schijnt te kunnen geven
Het is de ziel die, bang om te sterven,
Nooit geleerd heeft om te leven.
Wanneer de nacht te eenzaam,
En de weg te lang is geweest
En wanneer je denkt dat Liefde slechts bestaat
Voor de bofferds en de sterken
Vergeet dan niet dan ’s winters
Diep onder de bitterkoude sneeuw
Het zaad ligt dat met de liefde van de zon
In de lente ontkiemt tot de Roos !