Je bijt door de grote muur, de grote muur bijt terug
Je zit daar en mokt, zit daar en jankt
Je bent zo mooi op je knieën
Gedesinfecteerd, enthousiast om te behagen
Soms mok je, soms brand je
God rest je ziel
Wanneer de liefde komt en we al weg zijn
Net als je pa, je zal nooit veranderen
Elke keer dat het komt, eet het mij levend op
Ik probeer me te gedragen maar het eet me levend op
Dus ik verkondig een feestdag
Val in slaap, drijf weg
Soms mok je, soms brand je
God rest je ziel
Wanneer de liefde komt en we al weg zijn
Net als je pa, je zal nooit veranderen
Soms mok je, soms brand je
God rest je ziel
Wanneer de liefde komt en we al weg zijn
Net als je pa, je zal nooit veranderen