Eens was ik tot sentimentaliteit geneigd / Gooide iedere lente m'n hart te grabbel / Maar nu heeft een idylle in de lente geen schijn van kans / Ik heb mijn eerste dans aan de winter beloofd / Ik kan enkel en alleen een stukje van mijn kleine verzetje laten zien
Het is ontegenzeggelijk lente / Van oost naar west bouwen roodborstjes nestjes / M'n hart tracht te zingen zodat men 't niet hoort breken / Lente veroordeelt je 't meest tot nietsdoen.
Schooljongens zijn bezig sonnetten te schrijven / en zijn verdiept in die tedere hartstocht / Maar ik ben weggezet bij de paashoeden van het afgelopen jaar / Lente veroordeelt je 't meest tot nietsdoen.
Liefde kwam mijn kant op en ik hoopte dat het van lange duur zou zijn / De dagen konden niet meer stuk maar dat is alles nu voorbij / De lente diende zich aan, een getijde van zang vol zoete beloften / maar er ging iets mis
Eens schreven doktoren een drankje voor / Suikerstroop vermengd met zwavel was de dosis / 't Hielp geen zier, mijn gesteldheid moet wel chronisch zijn / Lente veroordeelt je 't meest tot nietsdoen
Ik ben helemaal alleen, het feestje is voorbij / Oudeheer Winter is een hoffelijk gastheer geweest / Maar wanneer je blijft bidden om sneeuw om de klaver te bedekken / Veroordeelt Lente je 't meest tot nietsdoen.
---------------------------------------------------------------------------------
De lente heeft werkelijk een verlammende uitwerking . . .