Kom uit de club, t'is schoon geweest
stinkend naar zweet, 'kben kapot, 'tis een zalig leven
Klimmend over zatlappen, die zijn op men weg gelegen
ik zie de ratten doorfretten
in de schaduw van kebabzaken
ik stap door de kots in kotti, junks zijn in
extase
corrosief en rottend dichtbij, zie ze zich misdragen
verkouden patsers die zich willen mengen in de scène
gepiercete meisjes die willen dat'k de "strassenfeger" lees
Half zes, mijn ogen branden
Stap op een gast al slapend tussen dode duiven beland
hysterische bruide zagen en slaan in paniek, dan
op de hoek is er een ruzie tussen Tarek en Sam
Tarek zegt, "muil toe,
of ik ga u in het gezicht slagen"
Sam is nu ambetant, maar hij kan ook niet stoppen me praten
de rode soup drupt op het vloerhout
ik word slecht, en ik sluit mijn jas want nu is het koud
Goedemorgen Berlijn,
Je kan zo lelijk zijn, zo onrein en vaal
Je kan ongelofelijk mooi zijn
Ik ben de nacht zijn avondmaal
Het zou voor mij het beste zijn
nu te slapen naast mijn vrouw
en als ik door de straten loop
draait het traag van zwart naar blauw
Vermoeide gestaltes in neonlicht
met dikke rimpels op't gezicht
De morgen gaat voort, iedereen op zich
blus mijn vuur, want de bus uit zicht
en overal ligt er schijt, je moet eigenlijk zweven
ieder heeft een hond, niemand om tegen te spreken
Ik adem alsmaar door mijn mond, dat is deel van mijn
leven
ik voel me ongezond, 'k weet een middel daartegen
ik heb grote koppijn, ik moet een pil hebben
heb opeens grote zin in "bagdad's bakwaren"
Daar is het warm, daar ga ik met mijn dromen heen
bij Fatima, de schoonste bakwarenverkoopster
R'n'B balladen pompen luid uit de geparkeerden benz
vrije avond voor de stratenbendes
Een hooligan met een vrouw die een traantje wenkt
deze stad is eigenlijk niet zo hard als je denkt.
(refrein)
Ik ben kapot, en 'kwrijf nu uit mijn ogen jouw gehuil
Je bent niet mooi en je weet dat ook
Je panorama is vuil
Je bent zelfs niet mooi van veraf gezien
en toch de zonsopkomst begon
En ik weet niet of ik het wil, maar
Jij bent mijn enige zuurstofbron