Wat maakt rivieren zo wondermooi
Je stapt nooit in dezelfde rivier
Het water blijft veranderen, blijft stromen
De mens zoekt liever de veiligheid
Betaalt de prijs, blijft hier
Maar wat zou een mens nog tegen kunnen komen
Om de kromming van de stroom
Kijk eens om de kromming van de stroom
Waar zoek ik naar
Om de kromming van de stroom
Nog een keer vaar
Ik de bocht voorbij
Wat wacht er daar
Achter steeds een nieuwe boom
Om de kromming van de stroom
Op mij
Wat wacht op mij
Voorbij de bomen langs het bos
En na die bocht een nieuwe bocht
Zo dwarrelen en dwalen mijn gedachten
En een man die hoge muren bouwt
Weerhoudt mij van mijn tocht
Maar wat zou er voor een wereld op me wachten
Om de kromming van de stroom
Om de kromming van de stroom
Waar zoek ik naar
Om de kromming van de stroom
Ik droom en vaar
Zo de zee voorbij
Steeds verder, daar
Houdt geen teugel mij in toom
Om de kromming van de stroom
Om de kromming van de stroom
Kies ik voor het kalm verloop
Het rustig ritme van de trom
Trouw ik straks met Kocoum
Is dat het einde van de droom
Waar, dromengeest, laat je mij belanden
Om de kromming van de stroom