De langdurige slaap
Met zonsopgang aan m'n voeten.
Waar is het altaar der goden,
De gramschap en de vloeden?
Alles is vergeefs
Uit sterren en rook ben ik
Van schaduw en licht
Met draken in iedere hand
verkwijn ik het leven door
Ik kwam uit niets tevoren
tot niets keer ik weer
Die wijze man hoorde ik:
"Van verschijnen tot verdwijnen ... stromen wij"
De regenbogen in het zwerk
verschieten spoedig van kleur
Ik zie de roofvogels
die hier de ganse dag rondcirkelden
Het is steeds hetzelfde
We doorleven de eeuwige droom
het grote, kosmische bestel
Een rol die allen vertolken
om de laatste der dagen te doorstaan
Het is alles gewoon een spel
Uit sterren en rook ben ik
Van schaduw en licht
Met draken in iedere hand
verkwijn ik het leven door
Ik kwam uit niets tevoren
tot niets keer ik weer
Die wijze man hoorde ik:
"Van verschijnen tot verdwijnen ... stromen wij"