.
Ik had eens een meisje
of moet ik zeggen dat ze mij eens had.
Ze liet me haar kamer zien.
Goed he, dat Noorse hout.
.
Ze vroeg mij te blijven en zei dat ik maar ergens moest gaan zitten.
Dus ik keek om me heen en ik zag dat er geen stoel was.
.
Ik zat op een kleed,
afwachtend en ik dronk haar wijn.
We bleven praten tot twee uur
en toen zei ze: Het is tijd om naar bed te gaan.
.
Ze vertelde me dat ze 's morgens moest werken en begon te lachen.
Ik vertelde haar dat ik dat niet hoefde en kroop naar het bad om daar te slapen.
.
En toen ik wakker werd,
was ik alleen, deze vogel was gevlogen.
Dus ik stak een vuurtje aan.
Goed he, dat Noorse hout.