Ik heb mijn jeugd verspild als een handvol kleingeld
Ik deed een wat van alles, een beetje overal, kon niets doen
Een bloem tussen de tanden, dat was alles wat ik had
Maar ik wist goed dat alle vrouwen van de wereld op mij wachtten
Er zijn meisjes waar men van droomt
En degenen waar men mee slaapt
Er zijn meisjes waar men spijt van heeft
En degenen die wroeging geven
Er zijn meisjes die men liefheeft
En degenen die men had kunnen liefhebben
En dan komt op een dag de vrouw
Waarop men wachtte
Ik heb veldbedden gekend die zachter waren dan een hoofdkussen
En koningsfestijnen op de toog van een stationsbuffet
Ik heel wat mensen gekend, ik heb er allemaal van gehouden
Maar in hun gezichten deed ik eigenlijk niets dan zoeken naar jou
Er zijn meisjes waar men van droomt
En degenen waar men mee slaapt
Er zijn meisjes waar men spijt van heeft
En degenen die wroeging geven
Er zijn meisjes die men liefheeft
En degenen die men had kunnen liefhebben
En dan komt op een dag de vrouw
Waarop men wachtte
Een dag hier, een andere daar, een dag rijk en de andere niet
Ik hongerde om alles te zien, alles te weten, ik had zoveel te doen
Zo vaak de weg kwijt te raken
Ik heb uiteindelijk toch degene gevonden die naar jou leidde
Er zijn meisjes waar men van droomt
En degenen waar men mee slaapt
Er zijn meisjes waar men spijt van heeft
En degenen die wroeging geven
Er zijn meisjes die men liefheeft
En degenen die men had kunnen liefhebben
En dan komt op een dag de vrouw
Waarop men wachtte