Met een bootje vaar je af en aan
en als de regen stortbui wordt
zeil je naar 't land der Visigoten
waar hangende tuinen je verbluffen -
zo zaag je langzaamaan je eigen vleugels af
Zilt bedekte je blote bast,
zoet water bracht ik je uit Delfi.
Je leven wordt verscheurd, zo zei je,
en voor ik je drie keer kon tegenspreken
roestte de sleutel van het paradijs
De karavaan sjokt door het stuivend zand
en jaagt je gekke schaduw na.
Kan je je gedachten met een laken sussen
of de Middellandse Zee vastknopen,
jij liefste die we de naam Antigone gaven?
Welke serenade maakte je blind
en in welke melkweg kan ik je vinden?
Hier is Attica een grauwe steengroeve
en ben ik een derderangse schietstand
waar vreemde soldaten vloekend komen oefenen