Alles wat overblijft,
is dat wat we liefde noemen
Op de bruiloft waren de gasten samengekomen
onder het schijnsel van kaarsen
Een wals werd gespeeld
Het bruidspaar begon zijn eerste dans
De zwarte gast kwam binnen en opeens
stierf de muziek
De bruid werd bleek
Hij nam haar hand en hield die vast
Verstart keken de anderen naar de gast
Hij zei:
"Kaarsen in de wind
Moeten branden en uitdoven
Wie we ook zijn
Nooit blijft de aarde stilstaan
Wat ook begint,
Uiteindelijk moet men van elkaar scheiden"
Hij zei:
"Kaarsen in de wind,
Alles wat de nacht vergeet,
Alles wordt verzwakt
Door dat wat sterker is
Iets dat wij niet kennen,
Sterker dan de tijd
De moeder riep:
"Waarom moet zij het zijn?
Ze is zo jong"
De vader riep verbleekt
"Ik geef je voor haar mijn hebben en houden"
De zwarte gast liet de bruid niet los
Hij zei:
"Kaarsen in de wind,
Moeten branden en uitdoven,
Wie we ook zijn,
Nooit blijft de aarde stilstaan.
Wat ook aanvangt,
Uiteindelijk moet men van elkaar scheiden."
Hij zei:
"Kaarsen in de wind,
Lichten die de nacht vergeet,
Alles wordt verzwakt,
door dat wat sterker is.
Iets dat wij niet kennen.
Kaarsen in de wind,
Moeten branden en vergaan,
Wie wij ook zijn,
Nooit blijft de aarde staan."
De bruidegom riep:
"Neem mij en laat haar in leven zijn"
Daarop trok de zwarte gast zich terug
En hij liet haar los
En sprak: "ik ben overwonnen door zijn liefde"
Hij zei:
"Kaarsen in de wind,
Lichten die de nacht vergeet,
Alles wordt verzwakt,
door dat wat sterker is.
Iets dat wij niet kennen.
Kaarsen in de wind,
Moeten branden en uitdoven,
Wie wij ook zijn,
Nooit blijft de aarde stilstaan."
Dat wat wij liefde noemen.
Sterker dan de tijd