Voordat ik val.
Te snel.
Kus me gauw.
Maar laat het duren.
Zodat ik kan zien.
Hoeveel mij dit pijn zal doen.
Wanneer je vaarwel zegt.
Hou het zoet.
Hou het rustig.
Laat de toekomst passeren.
En laat het niet gaan.
Maar vanavond.
Ik zou te snel kunnen vallen.
Onder deze mooie maanlicht.
Je bent hypnotiserend.
Je maakt me aan het lachen als ik zing.
Je maakt me aan het lachen als ik slaap.
En ik zie dit al ontrafelen, jouw liefde is waar ik val.
Maar alsjeblieft vang me niet.
Zie dit hart.
Zal niet tot rust komen.
Net als een kind dat rent.
Bang voor een clown.
Ik ben doodsbang.
Van wat jij zal doen.
Mijn buik schreeuwt.
Wanneer ik naar jouw kijk.
Ren ver weg.
Zodat ik kan ademen.
Ook al ben je daar.
Van verre om mij te verstikken.
Ik kan niet te veel hopen.
Want iedere hallo eindigd in een vaarwel.
Je bent hypnotiserend.
Je maakt me aan het lachen als ik zing.
Je maakt me aan het lachen als ik slaap.
En ik zie dit al ontrafelen, jouw liefde is waar ik val.
Maar alsjeblieft vang me niet.
Dus nu zie je het.
Waar ik bang ben.
Ik kan mijn hart niet openen.
Zonder zorgen.
Maar hier ga ik.
Het is wat ik voel.
En voor de eerste keer in mijn leven weet ik dat het echt is.
Je bent hypnotiserend.
Je maakt me aan het lachen als ik zing.
Je maakt me aan het lachen als ik slaap.
En ik zie dit al ontrafelen, jouw liefde is waar ik val.
Dus vang me alsjeblieft niet.
Als dit liefde is breek me dan niet.
Ik geef het op.
Vang me.