Deze plek wordt omringd door echo’s van
levens ooit geleefd, maar [die] nu verloren zijn,
[de] tijd besteed aan piekeren over morgen.
Het kan me niets schelen als we het vanavond allemaal kwijt raken,
opgaand in fel brandende vlammen,
die de lucht van de wereld doen opwarmen.
“Ik hou niet meer van jou” is alles wat ik me herinner van wat je zei.
Nooit heb ik me zo koud gevoeld,
maar ik heb geen bloed meer over om te bloeden,
want mijn hart is de zee in afgevoerd.
Stappen die ik heb gedaan in jouw voetstappen,
die me dichterbij brachten naar wat over is
van de dromen over wat ik ooit beweerde te weten.
Binnenin mijn botten weerklinkt dit.
Kokend bloed zal worden rondgepompt.
Zou je me nogmaals kunnen vertellen waarvoor je dit deed?
“Ik hou niet meer van jou” is alles wat ik me herinner van wat je zei.
Nooit heb ik me zo koud gevoeld,
maar ik heb geen bloed meer over om te bloeden,
want mijn hart is de zee in afgevoerd.
Nog steeds wacht ik
met een hoop binnenin me (binnenin me).
Dus nog steeds (dus nog steeds) wacht ik (wacht ik).
Totdat we elkaar weer ontmoeten.
Totdat we elkaar weer ontmoeten.
Binnenin mijn botten weerklinkt dit.
Kokend bloed zal worden rondgepompt.
Zou je me nogmaals kunnen vertellen waarvoor je dit deed?
“Ik hou niet meer van jou” is alles wat ik me herinner van wat je zei.
Nooit heb ik me zo koud gevoeld,
maar ik heb geen bloed meer over om te bloeden,
want mijn hart is de zee in afgevoerd.
Nog steeds wacht ik
met een hoop binnenin me (dus nog steeds wacht ik).
Dus nog steeds wacht ik (een hoop binnenin me).