Ik ken een man van een gevallen plek
Die nog steeds loopt in een veld vol graven
Zijn handen zijn bevlekt
Zijn ogen zijn open
Hij is een omhulsel van een andere man
Omlaag kijkend naar een jongen
Die al gebroken is
Er is een getik onder zijn voeten
Er is een loopgraf waar zijn ziel zou moeten zijn
En in de nacht
Hoort hij explosies
Hij sluit de hele dag overeenkomsten met de duivel
Ver weg rennend van de jongen
Die al gebroken is
Ze zeggen dat geen strop hem op kan hangen
Ze zeggen dat geen graf hem kan houden
Hij is als een storm
Op een kalme zee
Met elk geweer gericht op zijn hoofd
Hij vreest zijn eigen dood nooit
Je kunt een man niet breken
Die al gebroken is
Tussen dit leven en dood
Is een hek van prikkeldraad
Dat is waar hij is geweest
En waar hij heen gaat
Hij is een geest van een verlaten land
Hij is een ronddwalende man
Die al gebroken is
Er is een getik onder zijn voeten
Er is altijd een oorlog in zijn straat
Zijn handen zijn bevlekt
In onbesproken misdaden
Hij sluit overeenkomsten met een met bloed bevlekte hand
Hij is een wetteloze man
Die al gebroken is
Ze zeggen dat geen strop hem op kan hangen
Ze zeggen dat geen graf hem kan houden
Hij is als een storm
Op een kalme zee
Met elk geweer gericht op zijn hoofd
Hij vreest zijn eigen dood nooit
Je kunt een man niet breken
Die al gebroken is
Ze zeggen dat hij een moment van Genade voelde
Voor een uur op een andere plek
En als een geest
Haar ogen waren open
En hij voelde zich een andere man
Toen ze zong voor de jongen
Die al gebroken was