Op de eerste dag van mijn lange trip
zag ik heel het leven aan
Er waren planten en vogels en rotsen en land
Er waren heuvels en golven van zand
De eerste ontmoeting met een zoemende vlieg
En geen wolkje aan de lucht
Het was heter dan heet en de grond was zo droog
Maar de lucht was gevuld met gerucht
Ik trok de woestijn door op een paard zonder naam
was gelukkig de regen voorbij
In de leegte weet je alleen nog je naam
En de pijn verdwijnt want je bent vogelvrij
La, la, la lala la la la, la, la
La, la …
Na een dag of wat in de moordende zon
mijn huid raakte lelijk verbrand
‘t was de zoveelste dag die ik overwon
zag ik hier een rivierbed van zand
en ik voelde het verdriet om die dode rivier
die ooit stroomde vanuit zijn bron
Ja, ik trok de woestijn door op een paard zonder naam
was gelukkig de regen voorbij
In de leegte weet je alleen nog je naam
En de pijn verdwijnt want je bent vogelvrij
La, la …
La, la....
Dagen later, heb ik het paard laten gaan
De woestijn was veranderd in zee
Er waren planten en vogels en rotsen en land
Er waren heuvels en golven van zand
De zee is een woestijn die leeft ondergronds
En erboven een spiegel van goud
Zoals het hart van een stad klopt onder de grond
Maar de mensen blijven koud
Ja, ik trok de woestijn door op een paard zonder naam
was gelukkig de regen voorbij
In de leegte weet je alleen nog je naam
En de pijn verdwijnt want je bent vogelvrij
La, la …
La, la, enz