Vóór het begin
Is er geen Aarde, geen Hemel,
Niets kan weerleggen
De geloofwaardigheid van het geloof,
Hoewel de zonden
Al lang over jou dromen.
Vóór het begin
Is er geen stilte, geen geluid,
Er staat nog roerloos de tijd,
De orde is volkomen,
Maar de lusten
Wachten op de mensen
Vóór het begin
Is er geen nacht, geen licht,
Geen reden, geen bestemming,
Geen gedreven deugden,
Maar de schaduw
Wacht op het enige teken.
De machtige wet
Ratelt nog niet,
Overal harmonie
En heersende vrede,
Alleen nog maar zeven dagen
Dan wordt er hier eden en hel.
Als eerste wordt opgericht
De Aarde en de Hemel,
Dan het schitterende licht,
En het koele donker,
Ochtend en nacht,
Hemel en water.
Vruchten en kruiden,
Gesternten,
Vogels en vissen,
Wilde dieren,
De zesde keer komt ze al op
Dan staart al een mens naar de zon.
In je tuin gaat alles zijn gewone gang,
Zeg, waarvoor is de slang?
Waarom is het nodig dat de vrouw
Appel plukt van je verboden boom?
Waarvoor dient de mens te straffen?
Waarom moet Kaïn Abel doden?
Waarom moet de overstroming stromen?
Waarom gaan zo velen verloren?
Chaotische talen en vele plagen,
Brandende slachtoffers, en nieuwe Messias,
Duizenden kijken vragend naar de hemel
Wanneer zal het begin beëindigen?